Neemt u liever telefonisch contact op?

Bel ons op 03 776 94 98, u wordt verbonden met een medewerker van verkeerszaken.be (ma t.e.m. do 9-18u | vr 9-17u).

22/11/2022
31/10/2020

Wat is het Slachtofferfonds?

Wat is het Slachtofferfonds?

Het Slachtofferfonds is voluit "het Fonds tot hulp aan de slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en de occasionele redders’. De wettelijke basis vindt men in de artikelen 28 tot en met 41 en 42bis-septiesdecies van de Wet van 1 augustus 1985 houdende fiscale en andere bepalingen, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 6 augustus 1985. 

Het Slachtofferfonds houdt in dat slachtoffers van opzettelijke gewelddaden of hun verwanten financiële hulp kunnen vragen aan de federale staat wanneer de dader onbekend is of onvermogend blijkt. Met andere woorden is het een  solidariteitsfonds voor slachtoffers die geen vergoeding voor de geleden schade kunnen krijgen van de dader. De staat komt dan tussen zodat de slachtoffers toch nog vergoed kunnen worden. 

De toekenning gebeurt door de "Commissie voor financiële hulp aan de slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en de occasionele redders". De Commissie gaat na of de staat in een specifiek geval kan tussenkomen voor een vergoeding en hoe groot deze vergoeding precies zal zijn.

Wat zijn de toekenningsvoorwaarden voor financiële hulp?

Als eerste voorwaarde geldt het subsidiariteitsbeginsel. Dit houdt in dat u enkel recht heeft op financiële hulp wanneer men niet op andere manieren voldoende vergoeding verkrijgt. Indien men wél een passende vergoeding van de dader kan bekomen, kan men niet om een vergoeding van het Slachtofferfonds verzoeken. Wanneer kan men dan terecht bij het Slachtofferfonds? Dit is het geval wanneer de dader onbekend of onvermogend is. Men moet eerst alle redelijke stappen hebben gezet om de schade te verhalen op de eigenlijke dader. Als men dit niet heeft gedaan, kan men toch bij het Slachtofferfonds terecht, op voorwaarde dat de verzoeker aannemelijk maakt waarom de invordering te onzeker zou zijn, te lang zou duren of waarom de kans onbestaand zou zijn.

Daarnaast hebben enkel bepaalde personen recht op een vergoeding, komt enkel bepaalde schade in aanmerking, en moet het gaan om een opzettelijke gewelddaad of een daad van terrorisme. Verder moet er sprake zijn van oorzakelijkheid en territorialiteit, de gewelddaden moeten zich dus in België voordoen.

We gaan verder in op deze toekenningsvoorwaarden.

Wie heeft recht op een vergoeding?

Artikel 31 van de van de Wet van 1 augustus 1985 houdende fiscale en andere bepalingen, bepaalt wie er recht heeft op een vergoeding van het Slachtofferfonds. Enerzijds hebben de personen die ernstige lichamelijke of psychische schade ondervinden als rechtstreeks gevolg van een opzettelijke gewelddaad recht op een vergoeding. Anderzijds kunnen bepaalde erfgerechtigden ook een aanspraak maken op een vergoeding van het fonds.

Wanneer spreekt men van een opzettelijke gewelddaad?

Er is geen definitie van ‘gewelddaad’ te vinden in de wet. Eerst en vooral moet het gaan om een gewelddaad gericht tegen personen, en dus niet tegen goederen of dieren. Daarnaast is er ook een vereiste van een intentioneel element: de dader moet de bedoeling hebben om een gewelddaad te plegen. Als laatste moet de gewelddaad ook bepaalde gevolgen hebben nagelaten, meer specifiek moet het rechtstreeks ernstige lichamelijke of psychische schade bij het slachtoffer hebben veroorzaakt. Voorbeelden zijn o.m. slagen en verwondingen, sexuele misdrijven, enz...

Wat is een daad van terrorisme?

Men spreekt van een daad van terrorisme wanneer de Koning de daad erkent als een daad van terrorisme bij een besluit vastgesteld na overleg in de ministerraad. Ook hier moet de daad ernstige lichamelijke of psyschische schade hebben veroorzaakt bij het slachtoffer.

Wat bedoelt men met "oorzakelijkheid"?

De oorzakelijkheid houdt in dat de opzettelijke gewelddaad of de daad van terrorisme de rechtstreekse oorzaak moet zijn van de ernstige lichamelijke of psychische schade. Dit is een belangrijke vereiste. Er is bijvoorbeeld geen sprake va rechtstreekse oorzakelijkheid wanneer men schade heeft opgelopen tijdens het vluchten van de plaats waar men het slachtoffer werd van de opzettelijke gewelddaad.

Bij de occasionele redder zijn er twee mogelijkheden van oorzakelijkheid. Enerzijds indien de persoon vrijwillig hulp verleend heeft aan een slachtoffer van een opzettelijke gewelddaad, en anderzijds wanneer de redder een daad stelt om personen te redden van wie het leven in gevaar was.

Welke schade komt in aanmerking voor vergoeding door het Slachtofferfonds?

Welke schadeposten kunnen vergoed worden en onder welke vorm van hulp dit kan, leest u in onze afzonderlijke bijdrage!

200 EUR bijdrage in het Fonds, alstublieft!

Het Slachtofferfonds wordt gefinancierd door bijdragen die veroordeelden moeten betalen.   Op basis van artikel 29 van de Wet van 1 augustus 1985 spreekt de rechter bij iedere veroordeling tot een criminele of correctionele hoofdstraf, de verplichting uit een bedrag van 25 EUR te betalen als bijdrage tot het Fonds. Dit bedrag verhoogt men nog met opdeciemen, dit betekent dat we het moeten vermenigvuldigen met 8, wat neerkomt op 200 EUR. U ziet het de Belgische staat vraagt heel wat solidariteit van een veroordeelde. Deze bijdrage is dermate hoog geworden dat ze eigenlijk een straf op zich is geworden.