Neemt u liever telefonisch contact op?

Bel ons op 03 776 94 98, u wordt verbonden met een medewerker van verkeerszaken.be (ma t.e.m. do 9-18u | vr 9-17u).

06/12/2020

Hoe besliste de Politierechtbank van Leuven over Alcoholintoxatie van ten minste 0,35 mg/l ?

Een jong koppel heeft een gezellig avondje thuis. Ze drinken samen wat wijn en kijken naar een film. Na de film merken ze dat er geen bussen meer rijden. De jongen - gentleman die hij is - brengt zijn lief de auto naar huis. Bij een alcoholcontrole wordt hij tegengehouden.  De jongeman legt een positieve ademtest af (P). Hij verklaart naar waarheid dat hij een 4-tal glazen wijn heeft gedronken.

Na de positieve ademtest wordt de man onderworpen aan een ademanalyse, waaruit een alcoholconcentratie blijkt van maar liefst 0,73 mg/l uitgeademde alveolaire lucht. Dit is drie keer meer dan de minimale toegelaten hoeveelheid van 0,22 mg /l uitgeademde alveolaire lucht.

Gedagvaard voor de Politierechtbank Leuven

De bestuurder wordt vervolgd voor de Politierechtbank en moet zich verantwoorden voor de volgende verkeersinbreuk:

op een openbare plaats een voertuig te hebben bestuurd of een rijdier te hebben geleid namelijk een voertuig meerdere doeleinden of een bestuurder te hebben begeleid met het oog op de scholing, terwijl de ademanalyse een alcoholconcentratie van ten minste 0,35 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht heeft gemeten of de bloedanalyse een alcoholconcentratie van ten minste 0,8 gram per liter bloed heeft aangegeven, terwijl het misdrijf aan zijn/haar persoonlijk toedoen te wijten is (art. 34 par.2. 1°, art. 38 par. 1 .1° van de wet betreffende de politie over het wegverkeer KB. tot coördinatie van 16 maart 1968).

Het vonnis van de Politierechtbank Leuven.

De bestuurder werd veroordeeld tot een geldboete van 1.200,00 EUR, waarvan 750,00 EUR effectief werd opgelegd. Hij werd ook veroordeeld tot een zéér beperkt rijverbod van 15 dagen. Aangezien het rijbewijs echter reeds werd ingehouden voor een periode van 15 dagen, diende de bestuurder geen bijkomend rijverbod te ondergaan (de periode van onmiddellijke intrekking wordt immers in minder gebracht). De bestuurder diende wel de gerechtskosten te betalen (86,54 EUR) en de bijdrage in het Slachtofferfonds van 150,00 EUR.