Strengere straffen voor vluchtmisdrijf en rijden zonder geldig rijbewijs.
- Rijden zonder geldig rijbewijs.
Rijden zonder geldig rijbewijs en rijden met ingetrokken rijbewijs worden voortaan strenger gestraft. Naast een geldboete (200 tot 2.000,00 EUR vermeerderd met de opdeciemen) kan voor rijden zonder geldig rijbewijs ook een gevangenisstraf worden opgelegd van 8 dagen tot 2 jaar. Voor het rijden spijts verval wordt de gevangenisstraf van maximum één jaar opgetrokken naar maximum twee jaar.
De maximumstraffen voor vluchtmisdrijf bij een ongeval met gewonden of met dodelijke afloop worden verhoogd.
De maximumgevangenisstraf voor vluchtmisdrijf bij een ongeval met gewonden wordt opgetrokken van twee jaar naar drie jaar. Wie vluchtmisdrijf pleegt bij een ongeval met dodelijke afloop riskeert voortaan een maximale gevangenisstraf vier jaar.
De Politierechter behoudt een ruime beoordelingsvrijheid: de minimumstraffen blijven betstaan. Voor de zwaarste wegpiraten zal de Politierechter voortaan strengere straffen kunnen uitspreken Te denken valt bijvoorbeeld aan verzwarende omstandigheden of gevallen van herhaling.
De houder van de kentekenplaat is voortaan aansprakelijk, tenzij deze doorgeeft wij het voertuig bestuurde.
Een bestuurder die tot voor kort kon aantonen dat hij of zij tijdens een overtreding niet zelf achter het stuur zat, kon niet veroordeeld worden. Omdat het niet verplicht was door te geven wie dan wel de bestuurder was, leidde dit systeem tot straffeloosheid. Iemand die bijvoorbeeld op vakantie was, terwijl de zoon of dochter met de auto rondreed, kon zo zorgen dat hij niet veroordeeld werd en ook zoon of dochter niet. Deze lacune wil de Wetgever nu oplossen.
Wanneer het misdrijf wordt betwist en diegene die het betwist verzuimt de identiteit van de bestuurder op het ogenblik van het misdrijf op onweerlegbare wijze aan te geven, kan de betrokkene voortaan worden gestraft wegens het niet-meedelen van die identiteit. Deze mededelingsplicht zal gelden voor zowel natuurlijke personen als rechtspersonen (waarvoor al werd voorzien in een gelijkaardige procedure en sanctie).
De nieuwe regels treden in werking vanaf 15 februari 2018. Enkel de maatregelen betreffende het alcoholslot treden in werking op 1 juli 2018, en zullen van toepassing zijn op verkeersovertredingen begaan na 1 juli 2018.
Promotie van het alcoholslot.
Momenteel kunnen Politierechters een alcoholslot opleggen bij alcoholintoxicatie, of indien er sprake is van dronken sturen. Ook bij herhaling bestaat de mogelijkheid van een alcoholslot.
Deze mogelijkheden blijven bestaan, maar vanaf 1 juli 2018 zal de Politierechtbank nog in twee nieuwe situaties verplicht een alcoholslot moeten opleggen, tenzij hij uitdrukkelijk motiveert waarom dit niet moet opgelegd worden:
- bij vaststelling van een alcoholconcentratie van meer dan 1,8 promille (0,78 mg/l UAL);
- in geval van recidive binnen een periode van drie jaar (tweemaal vaststelling van een hogere alcoholconcentratie dan 1,2 promille of 0,52 mg/l UAL);
Bij herhaling (geval 2) moet de Politierechter ook een rijverbod opleggen voor minstens 3 tot 9 maanden, mét verplicht alle vier de proeven (theoretisch, praktisch, psychologisch en medisch). Enige marge heeft de rechter bij het opleggen van de geldboete: hij kan deze eventueel verminderen met de kosten van de installatie en het gebruik van het opgelegde alcoholslot.
Het alcoholslot blijft een zéér dure aangelegenheid die heel wat administratie met zich meebrengt.
Indien de bestuurder weigert het alcoholslot te installeren, mag hij niet met een voertuig rijden dat niet met dergelijke alcoholslot is uitgerust. De bestuurder heeft dus de keuze, en indien hij beslist geen alcoholslot te installeren zal de periode waarvoor het alcoholslot wordt opgelegd dan als rijverbod moet worden beschouwd.
Meer mogelijkheden om iemand lichamelijk of geestelijk ongeschikt te verklaren.
De mogelijkheden om een bestuurder voorgoed of tijdelijk lichamelijke of geestelijke ongeschikt te verklaren worden uitgebreid. Voordien kon de Rechter een bestuurder maar rij-ongeschikt verklaren naar aanleiding van een veroordeling of wegens een verkeersongeval te wijten aan het persoonlijk toedoen van de dader.
Voortaan zal de Politierechter ook deze maatregel kunnen opleggen bij een opschorting of internering. De ongeschiktheid kan ook voor het eerst in hoger beroep worden opgelegd, ongeacht wie hoger beroep ingesteld heeft.
De bestuurder kan al een herziening van de beslissing vragen na zes maanden (i.p.v. 2 jaar). Indien het verzoek wordt afgewezen, kan een nieuw verzoek reeds worden ingediend na zes maanden, te rekenen van de datum van afwijzing.
Strengere bestraffing van diegene die onverzekerd rijdt in staat van herhaling.
Rijdt u onverzekerd in staat van herhaling, dan zal minimumduur van het rijverbod verplicht opgetrokken worden naar drie maanden. U zal ook de herstelproeven moeten afleggen (theoretisch, praktisch, psychologisch en medisch).
Verkeersmisdrijven verjaren voortaan na twee jaar.
Ten slotte wordt de verjaringstermijn voor de meeste verkeersovertredingen (zoals overdreven snelheid) opgetrokken van één jaar naar twee jaar. De verjaringstermijn van drie jaar voor de zwaarste verkeersovertredingen (inbreuken op het rijbewijs, alcohol, drugs, dronkenschap) blijft behouden.
Thans zullen ook het rijden tijdens een rijverbod en het rijden zonder alcoholslot (terwijl dit wel verplicht was) pas na 3 jaar verjaren.
U moet voorkomen voor de Politierechtbank?
Ontdek verkeerszaken.be, een team van gespecialiseerde advocaten die voor u klaarstaan om uw belangen zo goed mogelijk te behartigen voor de Politierechtbanken in Vlaanderen en Brussel. Laat u professioneel begeleiden door verkeerszaken.be op kosten van uw rechtsbijstandsverzekeraar.